Met een cynische blik zou je kunnen zeggen dat Denis Villeneuve films maakt die imponeren maar niet emotioneren. Niet dat hij dat laatste niet kan. Zijn doorbraakfilm Incendies en het vervolg Prisoners waren hard rakende drama’s waarin de emoties volop aanwezig waren. Maar sinds Enemy begeeft hij zich op SF terrein en dat is een genre dat zich er slecht voor leent. Maar hij weet die beperking om te zetten in een voordeel. Dune is een epische woestijnstorm die langzaam bezit van je neemt, een ruimte-opera waarin arthouse conventies gefuseerd worden met die van de blockbuster.

Dune laat zien dat een Hollywoodfilm met een megabudget ook intelligent kan zijn, dat je af en toe best wat rust en contemplatie in kunt bouwen. Timothée Chalamet is Paul Atreides, een held in wording die onzeker is over zijn krachten en over zijn toekomst. In een reeks dromen wordt die onzekerheid gevoed. Dromen die gaan over Arrakis, de woestijnplaneet waarheen zijn vader geroepen wordt als rentmeester. Op de planeet wordt “spice” geoogst, een stof die alles kan. De missie van zijn vader blijkt echter een val en de strijd die volgt met de Harkonnen, die zich rechtmatig heerser over Arrakis voelen, gooit het leven van Paul compleet overhoop. Is er een rol voor hem bij de Fremen, het onderdrukte volk dat wel kan overleven in de woestijn?

Villeneuve maakt van Dune een fascinerende mix van SF-spektakel met een vleugje kolonialisme, een dosis moslimfundamentalisme, een flinke lepel Lawrence of Arabia en een hap 2001. Ik moest ook denken aan John Carter, al is dat een meer cartooneske film. In Dune valt weinig te lachen. Deze woestijnwereld wil niets anders dan iedereen vernietigen, net zoals de roman dat ook al deed. Alejandro Jodorowsky faalde op grootse wijze, David Lynch kon er weinig mee en de miniserie uit 2000 lijkt opgevreten door een woestijnworm. Ook Villeneuve moet afwachten of het een triomf is, omdat hij graag nog een vervolg wil maken. Iets dat nog geen uitgemaakte zaak is.

De strijd met de Harkonnen, geleid door een zwevende en tegelijk enorm vadsige Stellan Skarsgard, is niet echt een strijd. De weg moet vrijgemaakt worden voor Pauls toekomst, als een Messias die een glorieuze nieuwe wereld moet brengen. Dat gebeurt op een indrukwekkende manier. Het is te hopen dat Villeneuve groen licht krijgt voor de tweede helft van het boek.