Het is vandaag twintig jaar geleden dat Pim Fortuyn werd vermoord op het Mediapark in Hilversum. Je kunt gerust stellen dat Nederland toen voorgoed veranderde. Zijn invloed, goed en kwaad, is tot op de dag van vandaag merkbaar. Het jaar van Fortuyn kijkt terug op de korte politieke carrière van Fortuyn met zijn dood als bruut slot daarvan. Het is een prachtserie, met drie acteerkannonnen als speerpunt. Jeroen Spitzenberger als Fortuyn, Ramsey Nasr als Ad Melkert en Fedja van Huêt als Mat Herben. Deze laatste is de verteller en, in de stijl van de Amerikaanse regisseur en scenarist Adam McKay (The Big Short, Vice), kijkt hij me met regelmaat aan om me deelgenoot te maken van deze bizarre geschiedenis.

Hoewel ik me de hoofdpersonen nog goed kan herinneren en de acteurs nooit ver weg zijn, ga ik toch volledig mee in het verhaal. Spitzenberger en Nasr maken mensen van vlees en bloed van hun personages en ik zit met Fortuyn op zijn divan of met Melkert aan zijn ontbijttafel. De scenes waarvan wel historische beelden zijn, zijn zo exact mogelijk nagespeeld. Daardoor gaat de geschiedenis leven en wordt je daadwerkelijk twintig jaar terug in de tijd gegooid. Vooral Ramsey Nasr maakt indruk. Hij weet de gekwetstheid en ook de woede en verslagenheid van Ad Melkert, de gedoodverfde premier die vanuit het niets geramd wordt door het slagschip Fortuyn, briljant neer te zetten. De opkomst en ondergang van Fortuyn, de roemloze aftocht van Melkert, de hoofdrol tegen wil en dank van Herben, de stroom van poenerige zakenmannetjes en baantjesjagers rondom Fortuyn, de kansloze kandidatenlijst van de LPF. Het is van een absurditeit waarin drama en humor steeds om voorrang vechten. Dat wordt in de serie prachtig getoond.