Met een user rating van 6.4 en een metascore (die van critici) van 4.9 op IMDb, zou je op het eerste gezicht spreken van een nogal mislukte film. Maar als je met het juiste oog kijkt naar deze westernpastiche, dan valt er veel te genieten. Toegegeven, Sharon Stone ziet er mooi uit in cowboy outfit, maar heel geloofwaardig is ze niet. Maar het is wel een feest om naar acteurs als Russell Crowe (in zijn eerste Hollywoodfilm), Leonardo DiCaprio (die zijn imago van jong bijdehand ventje mag uitbuiten) en Lance Henriksen te kijken. Maar dit is toch vooral de film van Gene Hackman. Hij ‘ownt’ de film totaal en domineert elke scene waar hij in zit. Hackman gaat helemaal los als Herod, de wrede bad boss van een westernstadje waar iedereen bij hem in het krijt staat. Het is een soort herhaling van zijn rol in Unforgiven, twee jaar eerder, maar dat zij m vergeven als hij het zo opdient.

Regisseur Sam Raimi trekt een kast met westernclichés open en verwijst uitbundig naar voorgangers als Shane, High Noon, Pale Rider, A Fistfull of Dollars (eigenlijk alle Eastwoodwesterns), Once upon a Time in the West, The Left Handed Gun, The Fastest Gun Alive, The Outlaw, My Darling Clementine, en (met Stone in de lead) naar Johnny Guitar en Cat Ballou.

Het verhaal is heel simpel. Herod heeft een wedstrijd uitgeschreven die uitgevochten wordt via een serie gunfights, midden in het stadje. Tussen de toegestroomde deelnemers zitten Stone, Crowe, Henriksen en DiCaprio. Herod doet zelf ook mee. Stone heeft het op hem gemunt. De fights worden gefilmd met veel bravoure, met shots vanuit het ‘gezichtspunt’ van een kogel, met scheve camerahoeken, sterke voorgrond-achtergrond contrasten, snelle zooms en een hectische montage. Ook visueel is The Quick and the Dead daarom een genot. Veel om het lijf heeft het niet, maar dat maakt m juist zo leuk.