Ik had het een tijdje uitgesteld maar uiteindelijk moest ik er toch aan geloven. En ik werd niet teleurgesteld. AntiChrist is een heftige film. Niet eens zozeer door het geweld, maar vooral doordat ik de hele film naar 2 acteurs kijk die zeer fysiek en geestelijk met elkaar bezig zijn. Lars maakte een horrorfilm over de liefde, en dat is veel enger dan eentje met vampiers of monsters.
Willem Dafoe en Charlotte Gainsbourg zijn een echtpaar dat na de dood van hun zoontje in een diepe crisis raakt. Hij is een psycholoog die zich terugwerpt op het idioom van zijn vak om met de gebeurtenis te dealen. Op afstandelijke manier praat hij met zijn vrouw, alsof zij de enige is die eronder te lijden heeft. Op het eerste oog lijkt dat ook zo. Gainsbourg wordt een totaal wrak en weet niet meer wat voor of achter is. Dafoe’s oplossing is om haar te confronteren met haar diepste angsten. Het stel trekt zich terug in de bossen om daar de strijd aan te gaan met hun demonen en met elkaar.
Antichrist is een wonderschone en fenomenale film. Meestermanipulator Von Trier gooit alle remmen los om zijn publiek te raken, en dat werkt. Het is ook een enorm kille en nietsontziende film, een film die tot beroering, onrust en twijfel leidt. Vol met magisch-realistische scenes waarin de twee geliefden als in Dante’s Inferno uit La Divina Commedia ronddwalen, op zoek naar iets wat er niet meer is. Een film die ik vaker zou moeten zien om hem beter te waarderen, maar wat waarschijnlijk niet gebeurt omdat het kijken bijna een strafexpeditie is. In deze jachtige tijd waarin iedereen alles al lang gezien heeft en nauwelijks meer te verontrusten is maakt Von Trier een film die wel onrust veroorzaakt, wel agressieve reacties oproept en wel emoties losmaakt bij filmkijkers die al veel gewend zijn. En dat mag een prestatie heten.